Scheren

Er wordt twee maal per jaar geschoren. Meestal is dat in maart en in september.
Het tijdstip ervan is enigszins afhankelijk van het al of niet gaan aflammeren van de geit en het al dan niet bezoeken van de keuring.
Want op de keuring, die doorgaans medio september plaats vindt, kun je natuurlijk niet met een pas geschoren dier aan komen.
Er zijn geitenhouders, die 1 maand voor het aflammeren scheren. Dan moet je ervoor zorgen dat de geiten pas eind maart, liefst in april aflammeren.
Vaak ook komen de eerste lammeren al eind februari/begin maart en dan is scheren begin februari te vroeg.

U kunt zelf scheren of de schapenscheerder vragen het te doen. Angorageiten kunnen echter niet geschoren worden met de messen (dat zijn de beide tandkammen die op elkaar gezet worden in het elektrisch scheerapparaat) die bestemd zijn voor schapen.
Er zijn messen nodig die fijner zijn, dus meer tanden hebben. De schapenscheerder heeft vaak moeite met het scheren van angorageiten omdat de huid van de geit, in tegenstelling tot het schaap, veel losser zit om het lichaam en veel meer plooien vertoont.
De schapenscheerder scheert bovendien uw geit doorgaans helemaal kaal. Vaak eindigt de scheerpartij zo met enige wonden.

U kunt ook zelf scheren. U kunt knippen met een schaar (er zijn speciale geitenscharen in de handel te koop), maar dat duurt erg lang.
En naarmate het scheren langer duurt heeft het dier meer stress, hetgeen niet goed is, want zo kaal na het scheren staan de geiten vaak te rillen van de kou, dus ook al stress. U kunt ook scheren met een scheerapparaat. Indien u overweegt er een te kopen moet u er een nemen met voldoende capaciteit (250 watt of meer) en een die ‘lekker in de hand ligt’. Dan wel aparte geitenmessen erbij kopen.

Er zijn verschillende methoden om de geit te scheren. Met de haren mee, of tegen de haren in. Dit laatste heeft het voordeel dat er gemakkelijk nog een centimeter vacht blijft staan, zodat het dier het minder koud heeft (en op de keuring in het najaar een langere vacht heeft). Scheert u met de haren mee, dan is het ook mogelijk om een centimeter vacht te laten staan, doch dit is lastiger te zien.

Het eenvoudigst is doorgaans om met z’n tweeën te scheren. De een houdt het dier vast (aan een hoorn), het dier blijft dus staan (en wordt niet klem op de grond gelegd, zoals veel schapenscheerders doen).
De andere scheert – zo kunt u elkaar afwisselen. Sommige geitenhouders gebruiken bij het scheren een scheertafel waar ze het dier op vastzetten.
Voordeel is dat men niet zover hoeft te bukken.

Als u met de haren mee scheert: knip met een schaar eerst de kop vrij en een deel van de hals rond de oren.
Daarna met het scheerapparaat over de lengte van de rug naar achteren en vandaar uit met grote bogen zijwaarts naar de buik.
Probeer wel met elke boog eraf te halen wat eraf moet – dus de contouren van het lichaam te volgen (anders krijgt u ‘kortscheer’ en dat is waardeloos).
Dan met de schaar de kont en de staart en dan het dier neerzetten en met de schaar de uier vrijknippen.
Dan de buik afwerken met het scheerapparaat en tenslotte de poten bijwerken. Zo met z’n tweeën is dat een werkje van 30 tot 40 minuten.
Houdt er tijdens het scheren rekening mee, dat als u de geit draait (liggend of zittend), u hem dezelfde richting weer terugdraait.
Dit om darmverdraaiingen met afsluitingen te voorkomen. Ook mag men een geit nooit over de rug rollen. Houdt na het scheren de dieren een paar weken op stal, alleen een paar uurtjes naar buiten als het mooi weer is.
Trek ze eventueel een trui aan (met korte mouwen) als ze naar buiten gaan.

Bij het scheren dient u om het volgende te denken:

  1. Zorg voor een goed schone plaats – leg bijv. een zeil neer
  2. Haal eerst zoveel mogelijk hooi en vuil van het dier af
  3. Scheidt tijdens het scheren meteen de mooie mohair van de vieze (bijv. van de kont)
  4. Scheer altijd als de vacht droog is (zet anders de dieren eerst een dag op stal)
  5. Zoek de mooi mohair nog een keer goed uit, gooi verklittingen etc. weg
  6. Verpak de mohair in een jute zak of een zak met mazen
  7. Verpak de mohair per dier en leg in de zak een briefje met naam en leeftijd van het dier en de datum
  8. Bewaar de mohair op een droge plaats en zorg dat er geen motten in komen (mottenballen erbij).