Rasbeschrijving

Angorageiten zijn middelgroot en hebben een geheel witte vacht welke over het hele lichaam aanwezig is, ook op het voorhoofd en de wangen, behalve rond de bek.

Meest kenmerkend zijn de horens. Bokken hebben zij/achterwaartse gerichte, gedraaide horens.

De geiten hebben kleinere horens, welke licht gebogen naar achteren staan. De horens mogen niet te dicht naast elkaar “ingeplant” zijn op de kop.

Zij moeten een brede borstkas hebben en de poten moeten er recht onder staan, vooral niet te dicht naast elkaar.
De rug moet recht zijn, het kruis ook. De buik breed en diep.
De staart moet rechtop staan en eveneens behaard zijn.
Het dier moet sterke achterklauwen hebben en mag niet doorzakken door zijn enkels.

De vacht mag geen “kemp” bevatten (lange dikke rechte haren, “paardenharen”.
De mohair moet over het gehele lichaam van gelijke kwaliteit zijn qua dikte, dichtheid, krul en glans. Mooie mohair heeft het karakter van pijpekrullen.

Bij keuringen kan de Angorageit tot maximaal 100 punten krijgen: 50 voor het “exterieur”(bouw) en 50 voor de vacht.
Bij de vacht wordt gelet op: afwezigheid van kemp, gelijkmatigheid van de beharing, glans -, dichtheid -, fijnheid – en het karakter van de vacht.

Karakter

Angorageiten zijn rustig, aanhankelijk, sober en laten zich vrij gemakkelijk behandelen. Ze zijn erg nieuwsgierig, maken weinig lawaai en hebben weinig neiging tot uitbreken.
De lammeren vinden het leuk om te klimmen, volwassen geiten doen dat veel minder.
Een groot voordeel is dat bokken vrijwel niet stinken, alleen in het dekseizoen wel. Hoe ouder ze zijn, des te sterker kan de geur van de bok in het dekseizoen zijn.

Zijn schapen sociale dieren, angorageiten zijn ook in de kudde individualisten. Er bestaat echter binnen de kudde wel een rangorde. Het lijkt wel of er een bepaalde rangorde tussen de geiten bestaat.
Heeft men geen bok, dan is doorgaans de oudste geit de baas. Wil eigenlijk al het eten hebben en liefst de stal voor zichzelf. Soms kan er onrust bestaan tussen een koppel geiten.
Heeft een kudde dames ook een bok, dan is er vrijwel altijd rust in de kudde.